Arbeid(st)ers van 21 jaar worden aangesloten.
Voor deze aansluiting moet u zelf niets doen: die verloopt automatisch. De aansluiting betekent dat voor u een individuele rekening wordt geopend, waarop bijdragen worden gestort.
Op 1 december van elk jaar stort de sector een bedrag op uw individuele rekening. Dat bedrag kan uit drie stukken bestaan: een bepaald percentage (0,69 of 1,15%) van uw referteloon, een gelijkstelling voor bepaalde dagen waarvoor u geen loon ontvangt, en een sectorale premie voor wie blijft werken ook al voldoet hij/zij aan alle voorwaarden van het sectoraal brugpensioen.
Het is de sector die alles betaalt via de sociale bijdragen van uw werkgever. Zelf hoeft u niets te betalen.
Wat op uw individuele rekening staat brengt elk jaar natuurlijk ook iets op. Die opbrengst bestaat uit een gegarandeerde intrest (1,75 %), aangevuld met eventuele winstdelingen.
Elk jaar na 1 december zal u een pensioenfiche ontvangen. Op die pensioenfiche vindt u een overzicht van de storting van het afgelopen jaar en van de totale opbrengst voor dat jaar. U vindt er ook het totale bedrag dat op dat moment op uw individuele rekening staat.
In deze rubriek vindt u een voorbeeld van zo een pensioenfiche.
Ten vroegste vanaf uw 65ste verjaardag (de huidige wettelijke pensioenleeftijd) zal u over uw aanvullend pensioen kunnen beschikken. U kan dit krijgen als een kapitaal of als een rente.
Als u voor de leeftijd van 65 zou overlijden hebben uw erfgenamen recht op het opgespaarde bedrag. Als u zou overlijden tijdens uw beroepsactieve loopbaan zal de sector 750 euro extra toevoegen aan dat bedrag.
De uitbetaling gebeurt na inhouding van belastingen. In deze rubriek vindt u daarover ook meer informatie.
Het feit dat de arbeidsovereenkomst met uw werkgever een einde neemt, betekent niet onmiddellijk dat u niet meer bent aangesloten bij het sectoraal pensioenplan. Indien uw volgende werkgever eveneens behoort tot de sector van de stoffering en de houtbewerking dan verandert er voor u helemaal niets en blijft u aangesloten in het sectoraal pensioenplan. Voorwaarde is wel dat u binnen de drie kwartalen die volgen op het einde van de eerste overeenkomst een nieuwe overeenkomst voor arbeiders sluit met een werkgever uit de sector.
Is dat niet het geval, dan wordt u beschouwd als uittreder. U bent dan niet meer aangesloten vanaf de eerste dag van het vierde kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin de arbeidsovereenkomst met uw werkgever een einde nam. Wat dit precies inhoudt leest u in deze rubriek.
Het sectoraal pensioenplan voorziet dat jaar na jaar bepaalde sommen worden gestort, die samen een rendement opleveren. Indien dit voldoende jaren na elkaar kan gebeuren zal dit een interessant pensioenvoordeel opleveren. Zij die al een zekere leeftijd hebben bereikt zullen misschien niet voldoende lang via dit nieuwe stelsel kunnen sparen. De sector laat hen echter niet in de kou staan en heeft voor hen een overgangsregeling uitgewerkt! De overgangsregeling slaat op drie groepen arbeiders. U vindt hierover alle informatie in deze rubriek.